Het wintert nog niet echt, maar toch is het heerlijk om lekker een stamppot te eten. En met deze tips kan hij ook nog lekker gezond zijn.
1. Maak je stamppot lekker zelf klaar, dan weet je dat het vers is en wat er allemaal in is gegaan. In de kant-en-klare varianten zit vaak best veel zout, (soms zelfs suiker) en vet en vaak veel te weinig groenten.
2. Verander de verhoudingen tussen aardappelen en groente. Een volwassene heeft dagelijks 250 gram groente nodig en het is best lastig dit te verwerken in een ‘traditionele’ stamppot. Maar door de verhoudingen van je stamppot aan te passen kan je weer een eind in de goede richting komen. Verhoog de hoeveelheid groente en verminder de hoeveelheid aardappels. Zorg dat minstens de helft van je portie uit groente bestaat. Op deze manier heb je meer groente in je stamppot en minder koolhydraten. Het is lekker en makkelijk.
3. Door een deel van de aardappelen te vervangen door bijvoorbeeld knolselderij, zoete aardappelen, pompoen en/of pastinaak zorg je er ook voor dat je meer groente in je stamppot hebt. Hierdoor bevat je stamppot ook weer minder koolhydraten.
4. Voeg een extra groente toe. Door je traditionele stamppot kan je ook wat extra vaste groente doen, bv fijn gesneden wortel of koolraap door de boerenkool, paprikastukjes en bloemkool door de andijviestamppot of gebakken uitjes met kleine stukje koolraap (die op het laatste even worden meegekookt) door de boerenkool. Je kan ook een combinatie maken van bv hutspot met extra boerenkool.
5. Uiteraard zijn spekjes wel heel lekker door de stamppot, maar je kan dit ook vervangen door rookvlees in kleine stukjes te snijden. In plaats van worst kan je ook kiezen voor een hamburger, rundervink of gehaktbal. Ook gerookte kipfilet of een stukje gerookte vis kan prima bij een stamppot. Wat dacht je van hutspot met gerookte makreel?
6. Maak ook de jus zelf: bak het vlees (in maximaal 15 gram vet per persoon en neem een pan waarin het vlees net past), haal het vlees uit de pan en roer het aanbaksel los met het overgebleven vet. Je kan natuurlijk ook nog wat fijngesneden uitjes, knoflook, champignons, etc meebakken. Voeg dan 2 keer zo veel vocht (kookvocht van de groente of aardappelen, bouillon, rode wijn, etc) toe als er vet in de pan ligt. Laat het vocht wat indampen zodat de jus wat dikker wordt of maak met een papje van maïzena en water de jus wat dikker.